Kalf met twee koppen &c.
Geplaatst op: 5 juli 2005 Hoort bij: Geschiedenis Een reactie plaatsenVanmiddag naar de UB, zaal Oude & Kostbare Werken, om een half jaartje Provinciale Drentsche en Asser Courant uit 1860 door te nemen. Eigenlijk alleen op zoek naar berichten over enerzijds Sibrandus Stratingh Tresling, en anderzijds het voorkomen van steur in de Hunze, maar de makke van ouwe kranten is dat er zo vreselijk veel interessants in staat, dat je oog onwillekeurig blijft haken aan heel wat berichten die je uit efficiency-overwegingen beter over kan slaan.
Neem nou het nieuws over onze vrienden de dieren. Dat is er in zo’n negentiende eeuwse krant al zoveel, dat je er met gemak een proefschrift over zou kunnen vullen. Vooral ook omdat de omgang met dieren anders wordt. En Drenthe als natuur- en landbouwprovincie bij uitstek geschikt is voor een onderzoek naar die verandering.
Zo zat er in de krantenlegger van hedenmiddag een berichtje uit Zwiggelte, over de geboorte van een kalf met twee koppen. De Drentsche Courant meldt gewoon nog dat feit, ook dat het dier dadelijk was afgemaakt, en dat de koppen nog te bekijken waren “voor ieder die gaarne de natuur op een fout betrapt”.
Kennelijk behoorde de redacteur zelf niet tot degenen die belang stelden in dat soort wanstaltigheden. Toch krijgt het bericht van hem plaats in de krant. Een uitvoerige brief over dit of een ander misgeboren kalf echter, komt er niet in. “Hoewel er zijn”, schrijft de redacteur dan,
“die gaarne lezen van zulke spelingen der natuur, zoo is de schets in dit geval en de tekening van het jonggeborene kalf al te uitvoerig en te naauwkeurig. Een ordentelijk mensch wordt er wee van om ’t harte en wij zouden gewisselijk geheel uit de gunst geraken onzer zoo talrijke lezeressen.”
Op paasmaandag was er haansabelen in Dieverbrug en katknuppelen in Schoonoord. In beide gevallen doet de krant summier, maar getrouw verslag van deze volksvermakelijkheden, hun wedstrijdverloop en de einduitslag. Wel volgt er steeds een tournure naar het morele, die van geval tot geval een andere toon heeft. “Menigeen schudt het hoofd over de keuze van dat volksvermaak”, schrijft de krant over het haantrekken in Dieverbrug, “maar wie weet, wie geeft iets beters, dat meer genoegen schenkt?” Een uitspraak die ze gepaard laat gaan met de opmerking dat van bovenaf georganiseerde, meer ordentelijke vermakelijkheden gewoonlijk een allesbehalve enthousiast onthaal krijgen van degenen voor wie ze bestemd zijn.
Over het katknuppelen in Schoonoord daarentegen, breekt de redacteur zonder meer zijn staf. Hij noemt het een “wreedaardige dierenplagerij, vooral ongepast op dagen, die getuigenis behoorden te geven van eene gemoedsstemming, die geene hardvochtigheid verraadt.” De dierenbescherming is dan nog niet opgericht, maar door zulke berichten heen zie je de sensibiliteit als het ware groeien.

hoh