Oosterweg in deplorabele staat (1754)
Geplaatst op: 3 oktober 2008 Hoort bij: Stad toen Een reactie plaatsen
“Alsoo de Heeren van de Clufft naa ingekomene doleances en berighten en nauwkeuriger ter occasie van de laaste gewoone stadsvisiten in de Schouwinge van de soo genaamde Oosterweg of straat buiten de Oosterpoorte, niet sonder eenige bevreemdinge is voorgekomen en gebleeken, dat voorseyde straat bij naa van vooren tot agteren, geheel waar gedevaliseert, in stukken en bijkans impracticabel ofte onbruikbaar, en in het heen en weer rijden stootelijk en ongemakkelijk, alwaarom deselve necessair diende gerepareert en hermaakt en tot een commode gebruijk gebragt te worden.
Soo hebben de Heeren van de Cluft naa gehoudene deliberatie, als hier in amptshalven moetende voorsien, geresolveert en geordonneert dat een jegelijk, wie hij ook zij, die an voornoemde straat of weg met syn huis, hof en tuin, als anders, niets uitgesondert, komt te swetten, gehouden sal zijn om deselve straat, voor soo verre sijn pandt is, binnen de tijd van vier weeken na vertoning deses wederom te herstellen en repareren, de ingereetene spooren en gaaten in deselve toe te maaken, en met vlinten te sluiten, voorts geseyde straat schouwbaar vrie te maaken, opdat de klagten zijn weggeruimt en komen te cesseren.
En wort de Clufts dienaar G. Wiardi gelast, om desen ten bekenden eynde an de rotmeester Aarent Jans buiten de poorte aldaar te insinueren en te overhandigen, ten eijnde deselve dese welmeijninge en ordinatoir ten spoedigsten an sijn onderhebbende en gehorige volkeren behoorlijk notificere en bekent make en daarvan an hem en an haar lieden een goet en ernstige verslag doe.
Donderdag den 3 oktober 1754″

Recente reacties