‘De verweerde stem van onzen ouden kameraad’ of: Stakingsmartelaar blijkt familie
Geplaatst op: 16 juli 2014 Hoort bij: Familie, Geschiedenis Een reactie plaatsenDat de broer van mijn overgrootmoeder, Harm Tuin, in 1929 bij de grote landarbeidersstaking aan het graf van de doodgeschoten Eltjo Siemens sprak, is weer zo’n ontdekking, die mede mogelijk gemaakt wordt door de krantendatabank Delpher.
Al menigmaal heb ik het hier over die Harm Tuin gehad. Hij was boerenarbeider, vrij socialist en secretaris van de geheelonthoudersvereniging THOS te Finsterwolde en hij verschafte meermalen logies aan Domela Nieuwenhuis, die hem als dank een geschilderd portret gaf, dat tot Harms dood in 1950 boven diens schoorsteenmantel hing.
De enige krant in Delpher, die Harm Tuin expliciet noemt in haar verslag van Siemens’ teraardebestelling, is De Tribune, het weekblad van de Communistische Partij. De Tribune karakteriseert Harm in opmerkelijk positieve termen:
“Nog klinkt in ons na de verweerde stem van onzen ouden kameraad
HARM TUIN,
toen hij met ingehouden woede, terwijl de verbittering zijn mannnelijk gezicht tot haast onherkenbaar wordens toe vertrok, woorden van troost en bemoediging sprak. In de eerste plaats tot “het lieve, zachte vrouwke”, zoals hij met tranen in de ogen Eltjo’s jonge weduwe noemde.”
De waarderende kenschets moeten we, denk ik, ook zien tegen de achtergrond van de plaatselijke politieke verhoudingen van destijds. In de gemeenteraad van Finsterwolde werkte Harms zoon Beeno, eveneens een vrij socialist, nog samen met de communisten. Toen die meer en meer aan de leiband van Moskou gingen lopen, spoorden ze weer uiteen en werd Beeno als “renegaat” in De Tribune verketterd.
In het Tribune-verslag volgt onmiddellijk na de passage over Harm Tuin het neerlaten van de kist, waarbij die jonge weduwe op de rand van het graf neerzeeg, terwijl ze haar doodgeschoten man “in hartbrekende smart” nariep: “Eltjo! Eltjo! Eltjo!”
Voor de begrafenis, die bijgewoond werd door zo’n duizend mensen, hoofdzakelijk landarbeiders uit Finsterwolde en Beerta, moest er een uitzondering gemaakt worden op het samenscholingsverbod, dat in verband met de landarbeidersstaking afgekondigd was. Burgemeester Roelofs van Finsterwolde, zelf een dikke boer, bleek daartoe alleen bereid als men aan enkele voorwaarden voldeed. Van belang is hier vooral de eerste, dat slechts drie mensen aan de groeve mochten spreken: een vertegenwoordiger van de moderne landarbeidersbond, een predikant en een familielid. De burgemeester was duidelijk bang dat de begrafenis uit zou monden in een demonstratie, want de sprekers mochten samen slechts drie kwartier aan het woord zijn en de mensen moesten meteen na de begrafenis weer naar huis.
Harm Tuin was niet de predikant. Geen krant noemt een predikant, die ontbrak dus waarschijnlijk op deze begrafenis. Harm Tuin was ook niet de vertegenwoordiger van de moderne landarbeidersbond. Dat was Pieter Feddes Hiemstra, in het Tribune-verslag neergezet als een reformist die de weg voor het fascisme baande. Voor Harm Tuin blijft dus de rol van bloedverwant over. Dat blijkt ook als we het beknoptere verslag van het Nieuwsblad van het Noorden ernaast leggen, want dat noemt alleen de speech van Hiemstra en een dankwoord door een anoniem gelaten familielid.
Wel vraag ik me af hoe Harm Tuin dan familie van Eltjo Siemens kon zijn, want een korte sondering bij Alle Groningers gaf wat dat betreft geen aanknopingspunten. Maar wellicht is de Winschoter Courant wat uitvoeriger. Die krant staat helaas niet in Delpher, maar zal ik eerdaags eens in de papieren vorm gaan raadplegen.
Naschrift vrijdag 18 juli 2014:
De Winschoter Courant bevat geen nadere bijzonderheden. Zijn verslag is nagenoeg gelijkluidend aan dat van het NvhN.

Recente reacties