Een vroege veenstaking in Westerbroek

Westerbroek met zijn laagveenderij en baggelputten of petgaten (blauw). Fragment kaart uit de Atlas van Huguenin ca. 1825 (editie uitg. Heveskes).

Westerbroek met zijn laagveenderij. De baggelputten of petgaten (blauw) zijn duidelijk te onderscheiden. Fragment van een kaart in de Atlas van Huguenin, ca. 1825. (Editie uitgeverij Heveskes.)

Uit een vonnis, dat de richter van Selwerd en Sappemeer in 1796 uitsprak, valt op te maken dat een veenhut (of turftent) in Westerbroek destijds onderdak bood aan een ploeg van een man of tien. Dit uiteraard alleen tijdens het seizoen dat er turf gegraven of gebaggeld werd. Gewoonlijk duurde dat van eind maart, begin april tot de langste dag – rond 21 juni keerden de seizoensarbeiders of baggelaars dan terug naar hun vaak ver verwijderde woonplaatsen, en gingen de turfmakers, d.w.z. de vaste arbeiders die dicht op het veen woonden, bezig met het drogen van de turf, door deze op een bepaalde manier op het zetveld in “vuren” te stapelen.

Daar in Westerbroek was april dat jaar ene Eildert Sybrands (26) aan het werk als “trekker” (baggelaar) in het “baggersveen” (de laagveenderij) van de lokale veeneigenaar Fokke Heerkes. Van origine was deze Sybrands een Reiderlander, want afkomstig uit Weenermoor, maar hij woonde al een poos in Scheemda. Tijdens het baggelseizoen nam hij echter zijn intrek in een veenhut van Fokke Heerkes, in welk onderkomen een veenstaking uitbrak.

Op dinsdag 12 april was dat. Sybrands stapte die ochtend met zeven of acht mede-arbeiders de deur van de veenhut uit, althans volgens het verhaal dat naderhand het gericht bereikte. Buiten lieten twee anderen, namelijk Johan Hindrik Bolman en Geert Hindriks ten Lage, nog op zich wachten Daarom keerde Sybrands in de hut terug. Aanvankelijk bleek geen van beide achterblijver bereid “om met de troep naar ’t veen te gaan”. Volgens het verhaal probeerde Sybrands ze daartoe over te halen,

zeggende tegen den eenen dat hij met hun zoude gaan omdat hij een oud trekker was, en tegen den anderen “doe zelste ook met” , er wijders bijvoegende “en zal niemand in de hut blijven”.

Bolman ging inderdaad mee, Ten Lage kennelijk niet. Toen de ploeg buiten de deur zo zijn maximale sterkte bereikt had, zou Sybrands de leiding op zich hebben genomen. Tegen een collega zei hij:

 “Neem doe een romp (= hemd) en zet hem op een stok, ik zal een emmer nemen.”

Als vaandrig en tamboer gingen beide mannen voor in een “optogt”, wat ze volgens het gericht deden “op een oproerige en zamenroottende wijze”. De emmer waarmee Sybrands “veel geraas” maakte en de stok met het “hemdrock” als vlag in de handen van zijn collega golden, althans volgens het gericht later,

als tekenen van opstand onder het werkvolk in de venen”.

Eerst ging de troep naar het veen van de eigen veenbaas, Fokke Heerkes. Dat het werkvolk niet bij voorbaat een eenheid vormde, blijkt uit het feit dat daar al mannen aan het werk waren. Met name een Hindrik Derks en een Derk Grote werden vanuit de troep verzocht om aan de staking mee te doen. Blijkbaar ging het om wat oudere baggelaars met overwicht op een achterban.

Nu gaven veeneigenaren uit een bepaalde streek vaak dezelfde, onderling afgesproken lonen. Bij een loonconflict kon dan de ene naar de andere wijzen, zodat stakers ook de veenarbeiders op naburige velden moesten zien over te halen, wilden ze een vuist kunnen maken. Dat gebeurde hier eveneens, want Sybrands ging dezelfde dag met enige van zijn ”cameraden” naar het veen dat onder toezicht stond van de veenbaas Berend Luitjes Wolf,

om de aldaar aan ’t werk zijnde arbeiders in hunne belangens over te halen, of zelfs met geweld ertoe te nootzaaken.

In verband met de inzet van dat geweld dreigde een van die kameraden arbeiders uit een naburig veen op te halen als de arbeiders van Berend Luitjes Wolf “niet goedwillig wilden uitscheiden”. Denkelijk was dat naburige veen het baggelveld van Heerkes, waar de arbeiders al overgehaald waren.

Dit dreigen met geweld vormde waarschijnlijk de aanleiding voor het gericht om Sybrands vast te zetten in de Stadsgeweldige te Groningen. Hij werd er echter vooral van verdacht dat hij met enige mede-arbeiders afsprak

om hun werk in ’t veen gezamentlyk te staken teneinde hun meester Fokke Heerkes tot een verhoging van arbeidsloon te nootzaken.

Bovendien zou hij als “voornaam aanvoerder” en “opstoker” schuldig zijn aan de

zamenrotting en oproerige bewegingen die onder een gedeelte van het werkvolk (…) om andere veenarbeiders op te rujen en het werk te doen staken en daardoor de eigenaars der baggerveenen tot het uitbieden van hogere arbeidslonen, dan er toen gewoonlijk gegeven wierden, op een ongeoorloofde en strafbare wijze te nootzaken.

Na tien weken voorarrest, kreeg Sybrands zijn sententie voorgelezen door het gericht van Selwerd en Sappemeer. Er waren verscheidene getuigen tegen hem geweest, maar hij had zelf steeds de beschuldigingen ontkend. En aangezien sommige getuigen zelf ook verdacht waren en de getuigen elkaar onderling tegenspraken, viel Sybrands’ schuld niet zonder twijfel vast te stellen. Daarmee was er gebrek aan wettig en overtuigend bewijs en kon de richter niet “welverdiende straffe” opleggen die hij eigenlijk in de zin had..

Aan de andere kant, zo overwoog de richter, stond ook Sybrands’ onschuld allerminst vast. Daarom liet het gericht van Selwerd en Sappemeer Sybrands vooralsnog vrij, met de waarschuwing dat hij zich ter beschikking van het gericht moest houden voor het geval dat er alsnog voldoende bewijs zou komen.

Deze uitspraak dateert om precies te zijn van zaterdag 25 juni 1796, dus een paar dagen na de langste dag. Het baggelseizoen was toen al voorbij. Voor Sybrands viel er dat jaar niets meer in het veen te verdienen.

Bron: Groninger Archieven, Toegang 136 (archief Hoge Justitiekamer) inv.nr. 1988 (register vonnissen vreemde gerichten) op de aangegeven datum.


One Comment on “Een vroege veenstaking in Westerbroek”

  1. aargh schreef:

    Ik heb groot ontzag voor mensen die in opstand durfden te komen in dergelijke situaties, als het mislukte hadden ze niet veel om op terug te vallen maar ondanks de risico’s staken ze hun nek uit. Sybrands zal een mager jaar hebben gehad.


Mijn gedachten hierbij zijn:

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.