Melkboerenhondehaar

„Als men op een of andere ree van Brazilië een kofschip ziet liggen, waarmee iemand met een beetje durf de Zuiderzee oversteekt, behoeft niemand er zich over te verwonderen als er uit de roef een kop met melkboerenhondehaar opduikt, die zegt: „Lig nait te hammeln, man”. Als hij niet verongelukt, staat diezelfde avonturier op zeventigjarigen leeftijd in Veendam of Zoutkamp naar het lossen en laden van een schip te kijken. Hij heeft dan trijpen pantoffels aan.”

Jan Fabricius over de Groningers, zoals geciteerd door Molleboon in ‘Brieven uit Groningen’, De Gooi- en Eemlander 1 april 1932.



Mijn gedachten hierbij zijn:

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.