Havelte gaf meer aan Winterhulp dan Dwingeloo
Geplaatst op: 25 januari 2016 Hoort bij: Drenthe vrogger, Familie 4 reacties
Deze grafiek toont de gemiddelde opbrengst in centen per inwoner van de zeven eerste Winterhulpcollectes in de winter van 1940-1941, en dat voor de gemeenten Dwingeloo en Havelte. De totaal-opbrengsten per gemeente haalde ik uit het Agrarisch Nieuwsblad, dat ook een bevolkingsstatistiek per 31 december 1940 bevat, waarmee je de gift per inwoner kunt berekenen, die een vergelijking tussen de gemeenten mogelijk maakt.
De nazistische liefdadigheidsclub Winterhulp hanteerde verschillende collecte-methodes: met de rammelende bus op straat, maar ook wel met lijsten langs de deur. Lijstcollectes brachten, hoewel er meer administratie aan te pas kwam, met hun sociale controle ook meer op – dat zal mogelijk de piek bij de derde collecte verklaren. Die collecte was ook de enige, waarbij Dwingeloo Havelte qua gemiddelde gift overtrof, zij het maar zeer licht. Bij de andere collectes was de gemiddelde gift in Havelte steeds veel hoger, deze tendeerde zelfs naar het dubbele van die in de gemeente Dwingeloo.
Dat ik zoiets ga uitrekenen, heeft een persoonlijke achtergrond. Mijn moeder mocht op het punt van familiale oorlogservaringen graag Dwingeloo en Havelte vergelijken. Terwijl haar vader in 1943 als electriciën in Dwingeloo met het register van de luistergelden verschillende radio’s van dorpsgenoten onder de winkelvloer verstopte, en zelf ook een radio aanhield om naar de BBC en Radio Oranje te kunnen luisteren, werd de radio van mijn vaders familie in Havelte wèl ingeleverd. Mijn grootvader hier had hem willen verstoppen in zijn bijenstal, maar daar stak mijn wat bang uitgevallen grootmoeder een stokje voor.
Dit familiale verschil in houding (geduid als dapper of angstig), liet zich ook gemakkelijk doortrekken naar de dorpen in het algemeen. In Dwingeloo was het verzet vrij sterk, er kwamen zeker tien, twintig ‘partizanen’ om. In Havelte, met zijn zeer sterke Duitse aanwezigheid, stelde het verzet weinig voor – het bestond hier eigenlijk maar uit één man, de postkantoorhouder Jetten, die als spion het Duitse vliegveld voor de geallieerden uittekende en fotografeerde.
Er was ook een verschil tussen de burgemeesters van beide plaatsen. Die van Havelte, Eggink, mocht de hele oorlog aanblijven. Hij maakte ondubbelzinnig propaganda voor Winterhulp. Die van Dwingeloo, Stork, werd al in 1941 ontslagen en in een Brabants gijzelaarskamp vastgezet. Daaruit vrijgekomen, ontsnapte hij in 1944 ternauwernood aan executie door een Silbertanne-commando. Bovendien waren verschillende andere sleutelfiguren in Havelte, zoals de huisarts en de gemeente-architect, ook ronduit Deutschfreundlich. De huisarts van Dwingeloo, dokter Dinkla, redde daarentegen een geallieerde piloot uit handen van de Duitsers.
Naast zulke verschillen tussen sleutelfiguren bestond er nog een ideologisch onderscheid tussen Dwingeloo en Havelte. In beide gemeenten was volgens de volkstelling van 1930 het overgrote deel van de mensen hervormd, respectievelijk 86,1 en 88,6 %. In Dwingeloo had je echter een redelijk grote gereformeerde minderheid (12,7 %), terwijl het aantal gereformeerden in Havelte weinig voorstelde (2,6 %). Daar was de onkerkelijkheid juist veel groter (4,4 %) dan in Dwingeloo (0,2 %). De kerkelijk gemotiveerde weerstand tegen de nazi-ideologie lijkt in Dwingeloo dan al van meet af aan groter te zijn geweest, dan in Havelte.

Heel bijzondere familie, die Dinkla’s. Ik heb ze in de negentiger jaren ontmoet toen ik in Dwingeloo een interview met hen deed voor het orgaan van geneesmiddelengroothandel Medicopharma. Nog een bezoek gebracht aan de kudde bijzondere Blondes d’Aquitaines, die de zoon van jouw Dr Dinkla ergens op het Dwingelderveld had lopen. Compleet met intacte stier. Jemig, wat een bul was dat. We raceten in zijn jeep door het Drentse land. Prachtige dag was dat.
Ja, sorry voor de off topic dinges, het komt weer even boven toen ik de naam zag.
Maakt niet uit, zoiets mag ik graag horen. Die zoon zat in de 4e toen ik in de 1e klas zat. In de bus las hij de HitWeek/Aloha, wat ik erg stoer vond.
Stoer zijn zit in hun bloed denk ik. De zoon van ‘jouw’ Dinkla stond altijd in een overhemd met korte mouwen te wachten bij de bushalte, ondanks dat t 10 graden vroor 🙂
Ja, het waren stoere actieve mannen. Ik meen me te herinneren dat ze zich nogal bezighielden met rugby. Ook niet echt een sport voor mietjes 🙂