Voor straf te kijk bij het Goudkantoor

Jan Kunst had vanuit Drenthe “eenige brandewijn” Groningerland binnengesmokkeld. De heren gedeputeerden van Stad & Lande, die optraden als de fiscale rechters hier, lieten hem lang in voorarrest zitten en besloten toen tot “gratie voor rigeur van regte”. Ze veroordeelden Kunst, vonden ze, tot een milde straf, die eruit bestond

“dat deselve met drie kruicken, twee voor d’ borst en een agter op de rugge over de merckt sall werden gebracht, en daer mede van half elff tot half twalf uiren voor het Prov[inci]ale Collecthuis ten toon staen en wandelen…”

Deze straf pasten de heren GS wel vaker toe. Zo’n uurtje onder strenge begeleiding te kijk staan en lopen met kruiken om de hals was uiteraard confronterend, onterend en schaamtevol, maar mocht Kunst nog eens op smokkel betrapt worden, dan dreigde een fysieke straf. In dat geval kenden de heren geen genade meer, beloofden ze, en werd Jan aan de kaak gezet en gegeseld.

Bron: RHC Groninger Archieven, Toegang 1 (archief Staten van Stad & Lande) inv.nr. 1350 (sententies GS), die van, 1 juni 1685.



Mijn gedachten hierbij zijn:

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.