De waakzame roderoede van Aduard

 

Opmerking in de marge van een brief uit 1804, waarin wedman Luitjen Raangs van Aduard het signalement van een dievegge doorgeeft aan de drost van het Westerkwartier.

Raangs had mogelijk geen al te beste verstandhouding met zijn roderoede (of veldwachter). “Het loopt hijr vol met bedelaars”, zo merkt hij op. En dat terwijl het de taak van de roderoede was om zulke mensen als “schooiers” het dorp uit te zetten. Blijkbaar gebeurde dat niet, want: “Onse rode roe heeft het drok met sijn affaires”, met andere woorden: zijn zaakjes, zijn bijverdiensten. De diefstal vond bij de buren van de roderoede plaats en de verdachte vrouw was de roderoede zelfs in diens eigen tuin voorbij gelopen!

 



Mijn gedachten hierbij zijn:

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.