Weduwe wil hertrouwen binnen de verboden tijd
Geplaatst op: 8 januari 2020 Hoort bij: Geschiedenis 7 reactiesOp 5 juli 1785 maakte Grietje Jans, de weduwe van Jan Folkerts, woonachtig bij Enumatil, haar opwachting in het rechthuis van Leek met een door haarzelf getekend en dus zonder de hulp van een advocaat opgesteld verzoekschrift.
Driekwart jaar eerder, zo vertelde ze de rechter, trof haar het ongeluk dat ze haar man door de dood had verloren. Vanaf die dag ondervond ze
“het merkelijk gemis van een hoofd des huisgezins vooral in de behering van een omslagtige boererij”.
Het viel haar dus tegen, het bedrijf helemaal in haar uppie te moeten runnen. Maar er gloorde hoop. Ze had namelijk een huwelijksaanzoek gekregen van de wedman Willem Cornellis,
“en welke partij zij niet ongenegen was, om des te eerder een goed toeversigt over haare zaken te erlangen…’’.
Grietje wilde binnenkort dus graag ja zeggen op Willems aanzoek. Alleen werd ze daarvoor teruggehouden “op het eerste aanschouw” van artikel 13, boek III Ommelander Landrecht. Deze wetsregel bepaalde dat een vrouw een vol jaar moest wachten na de dood van haar man, “eer sy sick met eenen anderen man wederom eerlicks al moghen versellen”, dus voordat ze opnieuw mocht trouwen:

Als een vrouw zich hier niet aan hield, dan verloor ze alle bezittingen die ze aan haar vorige huwelijk te danken had.
Grietje Jans meende echter dat “de reden van deze” niet op haar van toepassing was en had daarom een ”certificaat” bij zich van een vroedvrouw, die blijkbaar had onderzocht of Grietje zwanger was en daarmee de verboden (rouw)tijd had geschonden. En dat bleek niet het geval. Daarom verzocht Grietje het gerecht om toestemming voor het voorgenomen huwelijk, hoewel dat binnen een jaar na de dood van haar vorige man was. Bovendien wilde ze graag verschoond blijven van de landrechtelijke sanctie.
De rechter willigde haar verzoek in.
—
Bron: Groninger Archieven, Toegang 735 (Gerechten Westerkwartier) inv.nr. 98: rekestboek Vredewold, notitie d.d. 5 juli 1785 (folio 133, 134).
Naschrift 10 januari 2020 –
Edwin Groot merkte op Twitter op:
“De regel is denk terug te voeren op het feit dat kinderen die tijdens huwelijk worden geboren geacht worden kinderen te zijn van de echtelieden. Als moeder nou een jaar wacht na het overlijden van vader weet je zeker dat de kinderen die dan nog worden geboren niet van de vader zijn.”

Dat ze nog lang gelukkig hebben mogen leven samen.
Was de bepaling in het Ommelander landrecht dezelfde voor weduwnaars?
Ik weet het niet, ik vermoed van niet.
Betr. Edwin de Groot, dat dacht ik ook zo. Is die wet nu nog staande ?
Nee hoor.
De redenering van Edwin is onlogisch omdat zwangerschappen vroeger ook 9 maanden duurden. De biologische vader is daarmee meestal wel te bepalen. Alhoewel, het schijnt dat vroeger en nu een behoorlijk percentage kinderen niet afstamt van de man in het getrouwde stel.
De rechtsregel zal afkomstig zijn uit de Middeleeuwen, toen men wel van die negen maanden afwist, maar ook afwijkingen constateerde. Een van de Oud-Friese raadgevers moet toen gezegd hebben (in het Oud-Fries): Laten we nou de termijn op een jaar stellen voor alle zekerheid.