Prominente polderboeren getuigden bij huwelijk van arbeiderskinderen

Toen ik een tijd geleden nog eens  de huwelijksakte uit 1889 van Geert Perton en Antje Tuin bekeek, mijn overgrootouders uit Finsterwolde, viel me iets merkwaardigs op.  Gewoonlijk werd zo’n akte getekend door vier naaste familieleden van het bruidspaar, eventueel aangevuld met buren of ambtenaren van het gemeentehuis. Bij Geert en Antje ging het echter om vier landbouwers, alle vier uit de Reiderwolderpolder.

Misschien kwam het een enkele keer wel eens voor dat een boer als getuige  optrad bij een huwelijk van arbeiderskinderen, maar hier ging het om vier stuks, en dat terwijl in het Oldambt de sociale afstand tussen boeren en arbeiders vrij groot was en steeds groter werd. In de flankerende akten komen de vier ook niet voor – het was dus niet zo dat het boerenkwartet toevallig in het gemeentehuis aanwezig was, ze waren hier speciaal voor dit huwelijk.

Ook binnen de boerenstand ging het om prominenten, kopstukken:

Derk Jans Mellema (51)

Geboren 1837 te Nieuw-Beerta als zoon van een landbouwer. Met zijn vrouw in 1863 verhuisd naar een nieuwe boerderij in de pas ingepolderde Reiderwolderpolder A, waar bijna al hun kinderen jong stierven. Mellema was een befaamd paardenfokker, bij selecties van paarden voor het leger viel de keuze nogal eens op dieren uit zijn stal. Zijn hengst Kees viel in de prijzen bij een harddraverij in Groningen. Naderhand zijn er speciale keuringen van veulens die van Kees afstammen. Mellema zat vanaf 1888 in het bestuur van de strokartonfabriek De Dollard in Nieuweschans. Hij overleed in 1903.

Eltjo Tjark Roelofs (48)

Geboren in 1840 te Finsterwolde, waar zijn vader, de landbouwer Roelof Jurjen Roelofs, vanaf 1850 ruim twintig jaar burgemeester was. Net als Mellema behoorde Eltjo Roelofs tot de eerste lichting boeren van de Reiderwolderpolder. Hij overleed in 1926.

Filippus Brinkman (42)

Geboren 1847 te Finsterwolde als zoon van een dagloner. Trouwde in 1877 een boerendochter, (waarlijk iets zeldzaams!). Brinkman overleed in 1926.

Cornelius Jan Onnes (58)

Geboren in 1831 op de Kroonpolder als zoon van een landbouwer. Trouwde in 1859 een dochter van het bekende liberale tweede kamerlid Jan Freerks Zijlker, tevens boer te Nieuw-Beerta. Ook Onnes’ zwager, Zijlkers zoon, was kamerlid, in 1889 nog steeds. Onnes zou in 1917 op ’t Waar overlijden.

Natuurlijk vroeg ik me af waarom deze ‘dikke boeren’ in 1889 Geert Perton en Antje Tuin de eer aandeden, als getuige bij hun huwelijk op te treden. Het antwoord kwam toen ik bij Delpher zocht met al hun achternamen tesamen. Op die manier kwam namelijk een jubileumboekje van een halve eeuw Reiderwolderpolder (1862-1912) tevoorschijn, waaruit bleek dat ze alle vier ten tijde van het huwelijk zitting hadden in het bestuur van die Reiderwolderpolder. Ze traden dus niet op als individuen, maar collectief, als dat bestuur.

Nu was Geerts vader Elzo Perton in zijn latere jaren, begin twintigste eeuw, werkzaam als vaste arbeider op de Onnesheerd in de Reiderwolderpolder A, toen inmiddels het eigendom van Onnes’ schoonzoon Barlagen (bijgenaamd Barlagen met de lange baard). Van Elzo  weet ik inmiddels ook dat hij in elk geval tussen 1869 en 1873 een bolschip of praam had, die bij de Ganzendijk lag en waarmee hij in die omgeving – waaronder we ook de Reiderwolderpolder A mogen rekenen – bijvoorbeeld grond en kwelderhooi zal hebben vervoerd.

Met grond en kwelderhooi had ook het polderbestuur te maken. Bij het onderhoud van watergangen en dijken kwam grond vrij, of moest er juist grond worden aangevoerd. Elke zomer waren er bovendien meerdere veilingen van kweldergras en -hooi dat van de andere kant van de Dollarddijk kwam. Mijn conclusie is dan, dat Elzo met die praam bepaalde werkzaamheden verrichtte voor het polderbestuur. Waarbij de onderlinge relatie zo goed moet zijn geweest, dat de boeren hem het genoegen deden om te getuigen bij het huwelijk van zijn zoon Geert.

Binnenkort maar eens kijken in de rekeningen van het polderbestuur, of deze hypothese hout snijdt. Zo ja, dan zal de naam Elzo Perton daar meermalen in voorkomen. Misschien wordt er in een rekening of notulen van het polderbestuur zelfs melding gemaakt van het gezamenlijke uitstapje naar het gemeentehuis van Finsterwolde, op de huwelijksdag.

—-

Aanvulling 11 januari 2022

Heb nu ook even een blik kunnen slaan in het eerste deel van het Boerderijenboek Beerta e.o. Op de pagina’s 433-473 vinden we de in totaal 18 boerderijen in de Reiderwolderpolder A en B samen. Met B, in 1874 gereedgekomen voor rekening van de stad Groningen die er pachtboeren op zette, hebben we verder niets van doen. Want alle vier de boeren die getuigden bij het huwelijk van mijn overgrootouders Geert Perton en Antje Tuin bewoonden als eigenaars boerderijen in het eerste, particuliere, westelijke gedeelte van de Reiderwolderpolder (oftewel Reiderwolderpolder A) dat gereedkwam in 1864, toevallig ook het geboortejaar van Geert Perton.

Overigens geeft het boerderijenboek een aardig beeld van het vermogen van deze polderboeren. De totale aanlegkosten van de zeedijk plus uitwateringskanaal- en sluis (ook voor het achterland) bedroegen 711.880 gulden. Met de eerste koolzaadoogst – bruto-opbrengst ƒ 600.000,- – werden die aanlegkosten al grotendeels afbetaald. En met de tweede koolzaadoogst, die van 1865 (opbrengst 740.000 gulden) gebeurde dat helemaal.

Het boerderijenboek nummert de elf boerderijen van de Reiderwolderpolder A van west naar oost als 198 tot en met 208.

Derk Jan Mellema zat in 1889, ten tijde van het huwelijk van mijn overgrootouders, op 203.

Op 204 zat Eltjo Tjark Roelefs

Filippus Brinkman  woonde op 208, Torpsum, de meest oostelijke boerderij van Reiderwolderpolder A, Tot 1880 zat hij echter op 198, de meest westelijke heerd, terwijl zijn vader op 205 boerde.

Cornelius Jan Onnes, de schoonzoon van Zijlker,  had 202, de Onnesheerd. In 1892 nam zijn schoonzoon Derk Tonko Barlagen dit bedrijf over. Bij hem op de Onnesheerd, werkte mijn betovergrootvader Elzo Perton als vaste arbeider. Mogelijk was Elzo eerder in dienst van Onnes geweest. Onnes bezat ook 199, waarop hij eerst een bedrijfsleider zette, maar dat hij in vanaf 1889 verpachtte aan zijn zoon.

Al met al waren in 1889 van de elf boerderijen in de Reiderwolderpolder A er vijf (de nummers 199, 202, 203, 204 en 208 in bezit van getuigen bij het huwelijk van mijn overgrootouders. Nog een ander had bovendien een vader met een boerderij (205) in de Reiderwolderpolder A.


2 reacties on “Prominente polderboeren getuigden bij huwelijk van arbeiderskinderen”

  1. Attie schreef:

    Leuk Harry, dat je oog hier op viel dan krijg je de kriebels om hier meer over te weten te komen.

  2. […] dit jaar verbaasde ik me erover dat de huwelijksakte van uit 1889 van Geert Perton en Antje Tuin, mijn overgrootouders […]


Mijn gedachten hierbij zijn:

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.