Open Dag Yesse

Vanaf 2017 doen studenten archeologie ieder voorjaar praktijkervaring op bij een seriematige opgraving van het cisterciënzer vrouwenklooster Yesse (1215-1594), in de buurtschap Essen, bij Haren. En behalve in de coronatijd, zijn er ook ieder jaar open dagen voor het publiek. Dit jaar opnieuw.

Uitzicht vanaf de plaats van samenkomst: met erachter een deel van het opgravingsgebied:

Ruimtelijke situatie en reconstructie van het gebouwencomplex – uitleg door de zeer met de opgraving meelevende grondeigenaar en buurman:

Uitleg van de ruimtelijke situatie aan de hand van de hoogtekaart door Stijn Arnoldussen, RUG-docent archeologie en opgravingsleider:

De oranje zandhoogte links met het bijna vierkante kader eromheren was de kern van het kloosterterrein, de langwerpige hoogte rechts ligt een eind verderop, maar is archeologisch ook interessant en waardevol met zelfs sporen uit de Romeinse periode::

Het naar het oosten aflopende terrein met de eerste werkput. De bomenrij links markeert de schipvaart naar de Hunze, waarlangs het klooster turf, klei en graan kreeg. Die vaart is enkele malen vernieuwd en deels verlegd, maar dateert waarschijnlijk al uit de begintijd. Er zijn wat delen van de beschoeiing bewaard gebleven:

Volgens de kloosterregels mocht er geen of weinig vlees gegeten worden, maar toch lag er nogal wat slachtafval. Voorschrift en [praktij wijken wel vaker uiteen. Dit veulen werd zonder hoofd begraven, mogelijk wegens ziekte:

In het klooster leefden vooral dochters uit de bovenlaag van de stad Groningen. In het zand bleef er weinig van de nonnen over. Zo vergaat de glorie van de wereld::

Er zijn behoorlijk wat graven gevonden. Schets van van eentje:

Om de stoffelijk resten zelf te ontzien, was er een demonstratieskelet uit de biologieles naast gelegd:

Fragment van kogelpot uit de dertiende eeuw:

Kloostermoppenvloertje van een grafkelder:

Fragment van een hol pijpaarden Anna-te-Drieënbeeldje, laat-middeleeuws exportproduct van waarschijnlijk Keulen, en als devotionalium in persoonlijk gebruik bij een non:

Beenderen die aan de oppervlakte kwamen, werden met een plantenspuit vochtig gehouden, anders zouden ze vrij gauw verpulveren:

De gele strook zand was een grondverbetering voor het leggen van het fundament voor een muur van een kloostergang. Van de muren is verder bijna niets over, de bakstenen werden na de afbraak van het klooster rond 1600 afgebikt en verkocht voor hergebruik elders. Rond de strook is iets van de oorspronkelijke esdek zichtbaar: er was al bewoning voordat het klooster er kwam, mogelijk heeft een aanzienlijke bewoner van het gehucht hiervoor grond afgestaan.

Er zijn wel wat munten gevonden, maar niet veel. Kwart-Philipsdaalder (of was het een dito -gulden?) uit 1571, toen het nog ten jaar zou duren voordat we met een ‘Plakkaat van Verlathinge’ deze koning van Hispandje zouden afdanken:

Het Anna-te-Drieënfragment in een knijpzakje:


3 reacties on “Open Dag Yesse”

  1. Een heel mooi en interessant verslag.

  2. Mooi bericht Harry. De foto van de schaduwhoofden bij het skelet vind ik prachtig.


Mijn gedachten hierbij zijn:

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.