Dorpskerk Zuidhorn

Met Monumentendag was ik nog nooit in de kerk van Zuidhorn geweest, terwijl mijn overgrootmoeder en enkele van haardochters (oud-tantes van mij) deze kerk erg trouw bleven. Via de Historische Kring Zuidhorn gaf ik me dus op om er op Monumentendag een paar uur op te passen. Waarbij ik van de gelegenheid gebruik maakte om het camera-oog goed de kost te geven.

Bijvoorbeeld onderweg bij deze rijk belommerde boerenree in Lagemeeden:

In de kerk van Zuidhorn is de kansel het mooiste object met zijn snijwerk. Het pastoorsgestoelte trekt bij binnenkomst meteen de aandacht:

En met zijn gehalsbande en van voren geringde windhondekop, ontleeend aan het wapen van de jonkersfamilie Siccama (op Klinckema aan de zuidkant van het dorp):

Qua ornamentiek op herenbanken lijkt de familie Clant van de Hanckemaborg wat beter vertegenwoordigd dan de Sikkema’s. Hier bijvoorbeeeld met verzwagerde geslachten zoals de Ripperda’s (Oosterwijtwerd) en de Lewes (van Aduard):

Terwijl de Clanten zich in een volgende herenbank lieten vergezellen door onder andere de huppelende geitebokken van het geslacht Coenders.. NB: het hartschild is met zijn lelie en sterren ook in dit geval dat van de Hanckemaborg:

Engelen voeren geloof, hoop en liefde in hun schild:

Glas-in-lood naar de geometrische Stijl. Het lijkt me dat de kruisiging kubistisch of zo is uitgebeeld. Het rode ruitje staat voor de neus vana Christus miden op zijn gezicht:

Terug naar de 17e eeeuw met de figuren van haar tijd. In de ovaal staat een wapenschild met hangende druiventros met naar boven gerichte bladeren. Soortgelijke druiventrossen willen ook nog wel eens het Land van Belofte (Kanaän) symboliseren.

Engel onderaan rouwbord uit de achttiende eeuw:

Datzelfde rouwbord van opa Maurits Clant uit 1734:

Het familiewapen Clant met zijn griffioenen en vissen:

Twaalfpuntige ster op het koor (nu consistorie of kerkeraadskamer) aan de oostkant van de kerk:

Op de torenspits staat als windvaan een draak (volgens Pathuis 4543) of een griffioen met opgeheven vlucht (lokal zegsman), de vleugel beladen met de schuinbalk van het wapen Clant waarop drie rechtop. staande vissen te zien zijn.

inde consistoriale predikanten-galerij hangt dit aquarelletje van dominee Johannes Ernestus Winter, die van 1778-tot zijn dood in 1841, dus maar liefst 63 jaar lang, op de preekstoel van Zuidhorn stond. Deze recordhoudende preektijger fungeerde tevens als beleidsbepaler van de classis Westerkwartier:

Zitbanken bleven nog lang verhuurd in de kerk van Zuidhorn. Ene J. Offeringa erfde of kocht de bank van de familie Posthumus, maar zijn nazaten lieten het emaille eigendomsplaatje gewoon zitten:

Rouwbord uit 1704 voor Bauwina Clant-Clant (34 jaar).

Ook hier weer de dansende geitebokken van de familier Coenders (rechtsboven)!

Vroegere collega, archiefman, Zuidhorner en organist Hans B. kwam op Monumentendag het orgel van Schnitger en diens kleinzoon Freytag uit 1793 uitproberen. Hij had geen poestentreder bij zich en oogde daarom een beetje vermoeid. Het valt niet mee zo’n eeuwenoud kavalje aan de praat te houden:

Bij terugkeer in Hoogkerk was net de Eritreesche kerk uitgegaan en wahtten hun kerkgangers bij alle bushaltes:


8 reacties on “Dorpskerk Zuidhorn”

  1. Attie. schreef:

    Mooie foto’s.

  2. Harmiena Torenbeek schreef:

    Prachtige photos. En ik moet zeggen dat die van Hans B. bovenaan de lijst staat. Hij geeft totaal dat uitgeput gevoel weer. Dmv jouw cameraoog, natuurlijk.

  3. Ineke schreef:

    Ik moest echt even zoeken waar Zuidhorn lag. Echt in een andere hoek dan waar mijn familie vandaan komt.

    Wij hebben ooit een paar kerkjes in het Hogeland en in het Westerkwartier bezocht en wat mij zo trof was de enorme rijkdom die jonkers nalieten in kerken. En die nalatenschap uitte zich in de graven, rouwborden en kerkbanken. Het verschil tussen arm en rijk bleef ook na de dood erg groot. Dat zie en voel ik ook weer in jouw schitterende foto’s.

    De rijk belommerde boerenree (voor mij een nieuw woord) vind ik echt supermooi.

  4. Martijn schreef:

    De Hesselinklaan in Westerbroek is een heel lange, maar vergelijkbare laan. Vlak voorbij het bekende Van der Valkhotel.

    (Drink daar eens een kop koffie; je weet niet wat je meemaakt!)

  5. alderikvisse schreef:

    [misschien post ik het nu dubbel]

    De Ofringa op het emaillen bordje was de huisknecht van de puissant rijke familie Posthumus. Hij werd geboren in een Fries timmermansgezin met zeven kinderen, wonende in een postzegelhuisje dat achter aan mijn deel was vastgebouwd, dus aan het kerkepad. Na de dood van de laatste ongehuwde posthumus erft hij een groot deel van hun bezittingen – nochtans niet nadat een charlatan die testamenten had vervalst beboet en onteigend was. Zelf liet hij een en ander weer na aan zijn huisknecht. Nogal wiedes dat dat bordje er nog zit: het is getuige van een toch vrij zeldzaam van straatjongen-tot-milionairs-verhaal. vgl.: onderscheidingen: Wie voor een dubbeltje geboren wordt …


Mijn gedachten hierbij zijn:

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.