Vier millennia in vier kaartjes
Geplaatst op: 14 april 2006 Hoort bij: Geschiedenis Een reactie plaatsenDeze week ging de NOaA-site deels in de lucht. Er staat een pagina met kaartjes op, die weergeven hoe de ‘Nederlandse’ bodem zich tot 800 na Christus ontwikkelde. Vooral de laatste vier, vanaf 2750 voor Christus, vind ik interessant. Ik heb Noord-Nederland (inclusief noordelijk Noord-Holland of West-Friesland) er steeds even vanaf geknipt – de grotere, nog weer opschaalbare kaarten van heel Nederland kan je bereiken door een muisklik op de uitsnedes.
a – 2750 voor Christus
Steeds staat geel voor zand, bruin voor veen, en groen voor kwelder. Geel is voornamelijk het Drents plateau, waar de omstandigheden eerst nog het gunstigst voor primitieve landbouw zijn. Heel mooi tekent zich weer eens de Hondsrug af, als grens tussen zand en veen. Ter hoogte van Friesland en Noord-Holland bevinden zich nog wat zand-eilanden midden in de veenwoestenij. De kwelders zijn nog laag, smal en verbrokkeld. Op de plek van de latere Zuiderzee (nu IJsselmeer) vertakt de IJssel zich tot een soort van Biesbosch:
b – 500 voor Christus
Het Drentse Plateau en ook de westelijke zandeilanden raken steeds verder overwoekerd door het rijzende veen. Er is overbevolking en overbegrazing op het resterende zandareaal. Geluk bij een ongeluk: de kwelders krijgen eveneens meer volume. In deze era begint vanuit het huidige Drenthe de vestiging van ‘Friezen’ op de kwelders. Ze werpen de eerste wierden op. De bevolking zal zich in het kweldergebied zo vermeerderen, dat er in de Romeinse ijzertijd per hectare minstens vier maal zoveel mensen wonen dan op het Drentse Plateau, het land van herkomst. Aannemend dat de veengebieden grotendeels onbegaanbaar waren, en er geen volksverhuizing over zee was, lag de voornaamste migratie- en handelsroute langs de Hondsrug. Intussen maakte de IJssel-Biesbosch plaats voor een groot inlandig meer:
c – 50 na Christus
De veenwoestenij rukt almaar verder op. De kwelders consolideren zich en winnen nog aan hoogte. Behalve op één plek. Tussen het latere Texel en Terschelling is vermoedelijk bij een stormvloed een stuk land weggeslagen, waardoor er een doorgang is ontstaan naar dat binnenmeer, dat tegelijkertijd dus een zee-arm werd. De Hondsrug is nu nog de enige passabele route naar het hele kweldergebied, afgezien van de zee:
d – 800 na Christus
De Zuiderzee breidt zich steeds verder uit, wat de communicatie tussen westelijke en de overige Friezen bemoeilijkt. Ook in het tegenwoordige Friesland en Groningen kreeg de zee forse armen, de Middel- en de Lauwerszee. De Lauwers markeert later een nieuwe grens tussen de Friese kwelderlanden. Ten oosten van de Lauwers zullen de Friezen zodanig in de ban raken van een ‘Saksische’ stad, dat ze hun taal verliezen. Die stad bevindt zich precies op de vroegere aanvoerroute van de kwelderbewoners uit hun stamland, dat in eeuwen van ‘homeopathische bevolkingsverdunning’ en ‘volksverhuizing’ ingenomen is door anderstaligen uit het oosten:





Ik heb geprobeerd via de NOaA site deze kaarten op te zoeken (om te zien of er nog meer moois was) maar kon ze niet vinden. Geen duidelijke navigatie daar. Wel grote beleidsdocumenten.
Moi Erik,
De tweede link in de eerste regel werkt niet?
Wel bij mij.
Zijn dit dezelfde kaarten die ook in de ‘bibliotheek’ van het Groninger Museum hangen?
In mijn herinnering lijken ze d’r heel veel op.