Borssele, 26 april 1987

Geplaatst op 26 maart 2011

“Voor het meegaan naar Borssele pleitte de verontwaardiging om wat ze allemaal maar denken uit te kunnen halen. Bovendien was het mooi weer en wilde ik de omgeving waarin Hans Warren opgroeide ook wel eens zien. Wat ertegen pleitte: het haalt toch niets uit, bovendien mis ik dan Koot & Bie en The Singing Detective en zo’n ellenlange busreis bevalt me ook niet zo. Het was de verontwaardiging, mede gevoed door de werkelijk bol van de milieuproblematiek staande Volkskrant van zaterdag, die de doorslag gaf.

Om half zeven op. Weinig geslapen, vanwege het telkens opschrikken door de angst om te laat te komen. Harma en Simon gebeld in plaats van zij mij. Om zeven uur een nieuwsbericht over de charges die de ME had uitgevoerd tegen autonomen, die in weerwil van de afspraken toch het terrein van de kerncentrale waren opgekomen. Een kwartier later bij het station: Harma en Simon zitten er al. Plus nog een jongen en drie meiden , waarvan ik een rooie uit VERA ken en een andere hier uit de buurt. Ook Tjeerd Beerenburg bleek mee te gaan. De jongen ging naast me zitten. Hij deed HLS milieutechniek, zat bij de CPN, woonde op de Hoendiepflat en ging, als de portemonnee het toestond, vrij vaak mee met dit soort reisjes.

In Leeuwarden stapte een ongeveer even grote groep in. Ene Foppe was te laat en hij had nog wel het spandoek met de Friese tekst. Iemand moest hem dus uit bed gaan halen. “Stomme Foppe”, riep iemand achter ons in de bus. Hilariteit. Bij het station van Heerenveen (een juweeltje dat terecht bekroond is met een architectuurprijs) stapte een koppeltje in: blond met gitaar. Vanaf dat moment gingen de Friezen infantiele liedjes zingen: ‘Oh Tsjernobyl’ op de wijze van: ‘Oh Waterlooplein’. De reis werd nog weer onderbroken in Kampen, waar Foppe opnieuw op zich liet wachten. De melige grappen waren nu helemaal niet meer van de lucht. Op de Veluwe het gehad over Romeinen 13 en de gazagsgetrouwheid van bepaalde gereformeerden. Een meisje achter me praatte honderduit over haar professionele en vrijwilligersleven: HBO-J, collegae, gesetteld en ongesetteld leven etc.

Eenmaal in Borssele mogen we doorrijden tot vlakbij de centrale. De hoofdpoort blijkt opgetuigd met duizenden gele ballonnen. Daarachter een kleine uitvoering van de Aya Sophia. Eigenlijk bestaat de demonstratie uit twee grote groepen: punks en punkachtigen enerzijds (de deelnemers aan de blokkade)  en hippies en aanverwachte geesten anderzijds. Een al wat oudere tante Wiet – van het type humaniste of protestantenbond – en hoe die haar kennissen ontmoet. Zo’n demonstratie is ook een sociaal gebeuren.

De menigte tegen de dijk op. Aan de andere kant daarvan het schamele restant van schorren en slikken. En een enorme buis die koelwater op de Schelde  loost. NATO-prikkeldraad met scheermes-achtige ijzertjes erin. Ik denk dat ik een van de weinigen hier ben, die enigszins onder de bekoring is van dit industriële landschap. Moet dat natuurlijk niet al te zeer ventileren. De grauwheid van de koepel, de blauwe tinten van een groot vierkant blok dat met golfplaten is afgezet. De van onder wijkende vorm van een schoorsteenpijp. De vlakte links. Het doet me sterk denken aan Delfzijl, het landschap bij de aluminiumfabriek Zoiets staat overigens hier ook. En de kleurrijke massa van kleine, nietige mensjes eronder. De punks passen hier eigenlijk nog het best.

Bovenop een van de gebouwen zit het personeel van de centrale. Bewakers filmen en fotograferen met telelenzen de demonstranten. Op de dijk een NOS-wagen. Een zijpoort is helemaal bezet door overduidelijke potteuzen. Een andere zijpoort draagt meer sporen van strijd, de over het prikkeldraad gedrapeerde matrassen, dekens en plaids hebben hier nog feller gebrand. Er is wel een nieuwe laag prikkeldraad aangebracht, maar het oogt allemaal wat geïmproviseerd-rommelig en een eindje verder staat daarom een blik stillen in net iets te nette autonomen-outfits de zaak in de gaten te houden. Zoals H. opmerkt: “Hun vrouwen moeten wat minder vaak de was doen”. In de stoet allerlei rooie vlaggen, de kleinste splinters zijn weer van de partij: SAP, RSP etc. Het formaat van hun rode textiel is omgekeerd evenredig aan hun maatschappelijke betekenis.

De manifestatie op de zandvlakte voorbij het tentenkamp stelt weinig voor: een flets popgroepje en een saaie spreker – dokter Geldof uit het dorp – opent een serie van vier. Harma besluit geen ballon te kopen. Een schutting met een sociaal-realistische uitbeelding van het gebeuren in Rusland, nu een jaar terug, wordt veelvuldig gefotografeerd. Een patatboer doet heel goede zaken in zijn wagen aan de kant van het terrein.  Klanten oefenen in geduld, maar een Amsterdamse hanekam dringt vanuit de hoek voor: “Ikke, ikke”, zegt hij ook nog.  Krakers zijn grote egoïsten, vaak, En zichzelf maar op de borst rammen. En, zoals later in de bus terug, de elementairste vormen van beeleefdheid niet in acht nemen jegens de chauffeur.

We lopen weer terug naar de dijk. De weg is afgesloten, maar we mogen erlangs. Ik neem een souvenir van het prikkeldraad af, een naief waarschuwingsbordje: “Pas op, radio-actief”. Ik praat even met het meisje dat ik uit VERA ken. Ze heeft bij de vrouwenpoort gezeten en soep uitgedeeld in het kamp. Ze wees op de motor waarmee ze was gekomen. Ze zou straks naar Amsterdam gaan met de Tsjerno-mobiel, een zeer krakkemikkeige bus. Dit keer had ze een rooie band om het haar, voor het eerst vielen me haar rattetandjes op en haar wat lijzige stem. Komt van het daglicht.

Bij het vertrek vraagt tante Wiet hoe ik het vond. Nou de manifestatie viel me tegen. Je moet geen sprekers achter elkaar aan zetten en een terrein afbakenen. Zo was het teveel een onafzienbare vlakte. Op de weg nog vlakbij de centrale danst een zachtmoedige derwisj voor de bussen en de auto’s langs, waarschijnlijk zo stoned als een aap. Even verderop zie ik hoe Warrens geliefde Kaloot vergraven wordt tot haven. Meer industrie! Vooruitgang!

Het Zeeuwse landschap, Noordbrabantse wegen. Intussen hebben we een aantal die-hards in de bus gekregen. Bij het eerste AC-restaurant gebaart een hostess tegen ons: Wegwezen! Het tweede AC komen we wel in: tsjonge wat is het hier kneuterig-burgerlijk. Ook de ME komt hier binnen. Het personeel bedient de politiejongens zeer gedienstig, aldus Harma, want Simon en ik zijn buiten op een laadschop gaan zitten, onder een kastanje met uitlopende takken. Een punk banjert met kistjespassen om ’t restaurant heen en voedert zijn hond. De typische krakershond is zwart en gladharig en ongesteriliseerd en daarom zijn het er ook zo veel.

De grote rivieren over. De TV staat aan in de bus en goh, Koot & Bie zijn best goed te volgen. Ab speelt eerst in een punkbandje zijn hit ‘Bah bah Bloemenbuurt’, maar maakt het dan opeens helemaal met zijn Abzuiger en wordt dan zo’n neo-directeur. Koot hekelt het achtervoegsel -o. Dat doen we niet weer, Koot.  Boven de Rijn een stel bemande luchtballonnen, maar niemand die ernaar kijkt. Fraaie achteravondblauwen bij Kampen, weerspiegeld in bochtig water. Een zweem rood nog van de zon.

Eenmaal in Friesland slaat de grote vermoeidheid toe. Achterin de bus liggen meisjes tegen elkaar aan te slapen. Desoriëntatie van plattelandswegen in het holst van de nacht. Alleen de Groningers zijn nog over. De nukkige bedienster van bij mij om de hoek stak – dit moet ik nog even memoreren –  toen we onderweg de ME weer inhaalden tegen iedere wagen vol kit haar middelvinger omhoog. Wat wil je nou bewijzen kind? Bij de AC heb ik zelf nog naar de ME gezwaaid, als enige geloof ik, en toen zij ons eerst inhaalden, onderweg, ook nog eens. Ik ben toch eerder een hippie dus, of hippie-achtige. Niet dat ik zo zijig wil wezen, maar als je een groet beantwoordt, dan ben je toch nog niet zijig? Haatdraagendheid continueert het ongeluk. Ja meisje, zo zit het.”

(Ietwat geredigeerde dagboeknotitie van maandag 27 april 1987.)


3 reacties on “Borssele, 26 april 1987”

  1. Irene schreef:

    Mooi sfeer-tekenend, echt een historicus aan het woord, die alles toch met enige afstand bekijkt, zelfs als hij er middenin zit.

  2. Frans schreef:

    Prachtig verhaal! Dagboeknotitie met bijlage? Als je zo veertig jaar je dagboeken hebt bijgehouden, kan ik me voorstellen dat verhuizen moeite kost 😉

  3. Autonome ouwe lul, zelf nu ook een beetje een apolitieke kuthippie schreef:

    Kutverhaal, geen wonder dat we maar 2 pelotons de ww in hebben geramd.
    Apolitieke Kuthippie.
    ~Poort 11


Geef een reactie op Irene Reactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.