Mijn opa in de krant

Verheugend nieuws: sinds vanochtend staan de jaargangen 1911-1965 van het Nieuwsblad van het Noorden online bij de historische krantenbank van de KB.

Het Nieuwsblad bestreek ook Drenthe, en daarom waren mijn beide grootvaders, alletwee afkomstig uit Groningerland maar wonende in Drenthe, geabonneerd op die krant.

Zoekend op mijn achternaam en wat nadere steekwoorden vond ik alvast meerdere berichtjes waarin mijn grootvader van vaderskant figureert. Het eerste van deze berichtjes  met Harm Perton dateert van 27 augustus 1927. Het gaat over een Assenaar met flink wat geld op zak, die bij Uffelte levenloos uit de Drentse Hoofdvaart werd opgedregd, drie uur nadat zijn fiets en zijn pet daar op de oeverwal waren gevonden. Vermoedelijk betrof het een suïcide. De man had de hele dag doelloos in de omgeving rondgefietst en afgezien van een barbier was mijn grootvader zo’n beetje de laatste die hem in levende lijve had gezien:

“Door den kommies, den heer H. Perton. werd hij nog aangehouden, omdat de heer P. meende, dat de man geen rijwielplaatje had. Het bleek echter, dat hij dit onder zijn hand had aan het stuur. Toen had hij echter een klein kneveltje. Diverse ingezetenen alhier hebben dit opgemerkt, doch later bleek de man dit niet meer te hebben.”

Mijn grootvader was dus nog kommies in Uffelte, waar in januari dat jaar mijn vader geboren was. In 1934 zouden ze naar Havelte verhuizen, waar de ouwe hetzelfde ambt bekleedde. Als kommies moest hij erop toezien dat iedereen niet alleen rijwielbelasting, maar ook motorrijtuigenbelasting betaald had, hetgeen bleek uit het voeren van het bij de wet vereiste kenteken. Mijn grootvader gold als streng, doch rechtvaardig. Toen de burgemeester van Havelte, de autocratische oud-Indischgast Eggink, eens in een auto zonder nummerbord rondreed, slingerde mijn even autoritaire grootvader hem zonder pardon op de bon. Hetgeen tot een legendarische ruzie tussen beide potentaten heeft geleid.

Wat ik niet wist, was dat mijn opa lid was van een schietvereniging, ‘De Burgerwacht’. Meermalen nam hij deel aan schietwedstrijden, waarvan de uitslagen in de krant te vinden zijn. Plaatselijk zat hij in de subtop, maar bij een regionale wedstrijd op het geweer M 95 over honderd meter (knielend of liggend, naar keuze van de schutter)  in september 1937  eindigde hij als 11e van de 38 schutters in de klasse B. Er waren drie klassen, dus regionaal zat hij iets boven de middenmoot. Overigens won het corps van Havelte toen de eerste prijs.

Eveneens geheel nieuw voor me was, dat hij dingen deed voor de Lijkwagenvereeniging van Havelte en omgeving. Begin 1938 vergaderde die in café Buter, waarbij 40 leden aanwezig waren. In totaal had de club er 208, toch een aardige opkomst dan. De collectieve lijkwagen, die in 1936 twaalf maal gebruikt was, bleek inmiddels geheel afgelost. Met enkele andere leden zat mijn grootvader in een commissie, die het doel van de vereniging wilde verbreden:

“Een voorstel van een commissie, bestaande uit de heer A. Vierhoven, H. J. Götz en H. Perton om over te gaan tot het oprichten van een begrafenisvereeniging en deze vereeniging bij de bestaande lijkwagenvereeniging onder te brengen werd verworpen. Voor stemden 13, tegen 23 en blanco 4 leden. De meerderheid was van meening, dat de boerenstand niet meer belast mocht worden en gaf tevens de voorkeur aan de z.g. „burenplichten”.”


9 reacties on “Mijn opa in de krant”

  1. Hendrika schreef:

    Dit is een mooie aanvulling op je familiegeschiedenis!

  2. smildaim schreef:

    Dacht Frank te herkennen …

  3. groninganus schreef:

    Een knevel is een snor.

  4. Aragog schreef:

    Leuk! Binnenkort ook maar eens op zoek naar mijn familie 🙂

  5. M.Krooshof schreef:

    Goh, wat een verrassing voor je. Dat is weer een paar dagen speuren en ontdekken voor je.

  6. Mooie verhalen.
    Ik werd gisteravond verrast met een brief van Willem III uit 1860 over een van mijn voorvaderen.

  7. Een bezoek aan dat krantenarchief naar aanleiding van dit artikel veroorzaakte bij mij een grote schok.

    De enige familie die zich in 1811 in Nederland als Springelkamp registreerde was een man in Sappemeer en een van zijn zonen. zijn andere zoon koos voor een andere achternaam, en dat feit alleen al leek er op te wijzen dat Springelkamp een gelegenheidsachternaam was en geen gevestigde. Hij was bij zijn geboorte dan ook gewoon naar zijn vaders voornaam genoemd.
    Alle huidige Springelkampen stammen van deze man af, wiens voorvaderlijn via Delfzijl naar Termunten loopt omstreeks 1590, waarna het spoor doodloopt.

    Maar nu vond ik in het krantenarchief een paar verwijzingen naar een Geertruy Springelkamp in Edam, in 1797 en 1802.

    Het is mij vooralsnog een raadsel hoe de relatie van deze vrouw tot mijn voorvader in elkaar steekt.


Geef een reactie op Hendrika Reactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.