Geertruida Franke een savante?

Haar vader had in 1753 voor een prikje de borg Elmersma in Hoogkerk gekocht, om een zeepziederij op het borgterrein te stichten. Daarmee boerde hij zo goed, dat hij de oude borg kon vervangen door een modern herenhuis. Bovendien belegde hij zijn winst in diverse stukken onroerend goed in en om Hoogkerk.

Toen de ongehuwde Geertruida Franke dit alles van hem erfde, verplaatste zij de zeepfabriek naar  een pand aan de Brugstraat in Groningen. Toch hield ze een band met Hoogkerk. Zo kocht ze bij de veiling van Lewe van Aduard in 1815 een heel pakket heerlijke rechten van Hoogkerk, maar ook van Leegkerk en Dorkwerd. Vervolgens vroeg zij een wapen voor haar heerlijkheid aan. Bij Koninklijk Besluit werd haar toegestaan om hiervoor het wapen van de familie Franke te nemen, met een klokje als addendum. Dit wapen werd later het wapen van de gemeente Hoogkerk.

In haar proefschrift over Verlichting en Romantiek in Groningen noemt Lies Ast-Boiten de zeepfabrikante “fascinerend”. Voor het onderzoek naar boekenbezit en leescultuur, maakte Ast-Boiten gebruik van een inventaris van Geertruida’s bezittingen, opgemaakt in 1820, oftewel drie jaar na Geertruida’s dood. In Geertruida’s huis aan de Groninger Brugstraat bevond zich op zolder een bibliotheek, waarvan de boeken helaas niet apart werden opgenoemd, maar die in zijn geheel op 100 gulden werd getaxeerd. Volgens Ast-Boiten was deze boekerij daarmee een van de grootste bij de Groninger burgerij. Op de inventaris staat bovendien, dat Geertruida voor bijna 82 gulden in het krijt stond bij boekhandel Roemelingh. Wat ze daar kocht is helaas ook weer onbekend. Ast-Boiten erkent weliswaar in een noot dat het ook schrijfbehoeften, prenten en schilderijen geweest kunnen zijn, maar concludeert niettemin dat:

“Geertruida Franke lijkt te bevestigen dat niet alle berichten over lezen als levensbehoefte uit de lucht zijn gegrepen en tevens dat vrouwen het lezen van boeken uitdrukkelijk hebben omarmd.”

Wat mij betreft kende Ast Boiten hier iets te weinig gewicht toe aan het feit, dat Geertruida’s bibliotheek op zolder stond, een gewoonlijk duistere plek waarvoor je een ladder of trap op moest en dat met een brandende kaars of lantaarn. Die boeken lagen niet voor het grijpen, wil ik maar zeggen, en ze zouden ook wel van Geertruida’s vader geweest kunnen zijn. De schuld bij Roemelingh kan bovendien (deels) samenhangen met aankopen van papier, benodigd voor zeepwikkels. Om louter op basis van enkele geldbedragen te suggereren dat  Geertruida Franke een soort van savante was, lijkt me dus wishful thinking.

Bron: Lies Ast-Boiten, Stad tussen Verlichting en Romantiek. Groningen 1780-1850 (Assen 2011), in het bijzonder de pagina’s 72-74 en noot 131 op oagina 362.

Zie ook: Lavater in Hoogkerk


3 reacties on “Geertruida Franke een savante?”

  1. Frans schreef:

    Moet savonte niet met een o?


Geef een reactie op Frans Reactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.