Zigeunermythe over de oorsprong van het stelen

Zigeuners op de Brink van Diever, ca. 1910. Foto: meester Boneschansker (Dwingeloo). Ontleend aan: Mark Goslinga en Erwin de Leeuw, Uit het album van meester Boneschansker (Dwingeloo 2006).

Toen God bezig was koren aan de volkeren uit te delen
riep hij ook de zigeuners
(om die ook wat te geven).

De zigeuners echter, waren zo arm
dat ze niet eens jutezakken bezaten
(om het koren in te doen).

Toen zeiden de zigeuners tegen de Heilige God::
“Ach grote God, stop ons deel voorlopig maar
in de zakken van de andere naties!”

Dus deelde God het voor de zigeuners bestemde graan
gelijkelijk uit over de volkeren van de wereld.
In elke zak kwam een beetje terecht.

Later probeerden de zigeuners
hun deel weer op te vragen bij de andere naties.
Maar die lachten ze vierkant uit en joegen ze weg.

Sinds die tijd stelen de zigeuners
om hun rechtmatige deel weer terug te krijgen.

Bron: Erika Dedinsky, Vers vuur – over zigeunerliteratuur uit Hongarije (Haarlem 1982), iets geredigeerd.

Aanleiding


5 reacties on “Zigeunermythe over de oorsprong van het stelen”

  1. Rob Alberts schreef:

    Dit verhaal ken ik nog niet.

    Verbaasde groet,

  2. Harmiena Nora schreef:

    Mooie mythe….

  3. jetske schreef:

    Een bijzondere foto, maar ach wat waren de kindertjes armoedig gekleed.
    Dit verhaal kende ik nog niet.


Geef een reactie op Louise C Reactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.